Met veel trots kondig ik vandaag aan dat ik kandidaat ben voor het lijsttrekkerschap van de PvdA Amsterdam.

Ik weiger mij neer te leggen bij een situatie waarin duizenden jonge Amsterdammers werkloos op de bank zitten en de woningmarkt compleet vastgelopen is, terwijl we kansen laten liggen. Kinderen lopen taalachterstanden op die ze voor het leven tekent, terwijl dat niet hoeft. Mensen die zich zorgen maken over de toekomst van de zorg, terwijl er mogelijkheden zijn die we samen kunnen pakken.

Ik leg mij niet neer bij hen die zeggen: ‘zo is het nu eenmaal’. Ik wil niet wegkijken; ik wil erop af. Lees na de klik mijn kandidaatstellingsspeech. 

(Gesproken woord geldt)

Vrienden, partijgenoten, Amsterdammers,

Ruim een half jaar ben ik nu wethouder van de mooiste stad van Nederland.

Ruim een half jaar ben ik wethouder van een stad met ongekende mogelijkheden.

Maar ik ben ook al 30 jaar inwoner van een stad waar voor velen die ongekende mogelijkheden veel te ver weg zijn.

Amsterdam is een stad van uitersten. De verschillen zijn groot.

Amsterdam is een stad met de meeste categorale gymnasia van het land en een stad waar duizenden jongeren zonder papiertje de school verlaten.

Amsterdam is een stad met de creatiefste ondernemers ter wereld en een stad met 35.000 mensen in de bijstand.

Amsterdam is een stad van mensen die nooit thuis zijn en mensen die hun huis niet uitkomen.

Stad van tegenstellingen

Een stad die bol staat van zulke tegenstellingen, is een stad vol gemiste kansen. Bij mijn aantreden heb ik daarom gezegd dat ik van Amsterdam een stad wil maken waar de ring van snelwegen geen grens markeert tussen mazzel en pech.

Een stad van ongekende mogelijkheden voor iedereen klinkt als een droombeeld. Voor sommigen een aantrekkelijk droombeeld, voor anderen een utopie. Ze geloven er niet in. Ze zien ongelijkheid als een natuurverschijnsel. Sommige mensen hebben nou eenmaal mazzel en anderen hebben nou eenmaal pech. Of nog erger. Ze denken dat succes een keuze is. Voorspoed is de eigen verdienste en falen ieders eigen schuld. Zo is het nou eenmaal. Als ik ergens een hekel aan heb, is het aan die woorden. Zo is het nou eenmaal. Nee.

Zoals het is hoeft het niet te blijven.

Voor de toekomst van Amsterdam is een tegenstelling van fundamenteel belang. Het is niet de tegenstelling tussen hoogopgeleid of laagopgeleid. Niet de tegenstelling tussen binnen of buiten de ring. Niet de tegenstelling tussen kansarm en kansrijk.

Nee de toekomst van Amsterdam wordt bepaald door de tegenstelling tussen Amsterdammers die denken: “zo is het nu eenmaal” en de mensen die denken “zo mag het niet blijven.” Tussen Amsterdammers die hun schouders ophalen en de mensen die hun schouders eronder zetten. Tussen Amsterdammers die zeggen dat ze er niet over gaan, en Amsterdammers die er op af gaan.
PvdA’ers behoren tot 2e categorie

PvdA-ers horen tot de tweede categorie. Ik ben opgevoed met het idee dat iedereen elke dag de kans heeft om de wereld beter te maken. Dat heb ik altijd gedaan. Als ombudsman van de Vara. Als columnist van de Volkskrant. Als gangmaker van maatschappelijke initiatieven.

Het motto daarbij is steeds geweest: “Niet wegkijken, erop af, bondgenoten zoeken.”

Nu ik wethouder ben heb ik dezelfde houding. Ik draag wat vaker pakken en stop nu voor rode lichten, maar ik zeg wat ik hoop en ik doe wat ik kan.

PvdA’ers bewijzen dat het anders kan. Ik ben in 1991 lid geworden van de PvdA. Inderdaad op het hoogtepunt van de crisis rond de WAO.

Ik meldde me aan omdat ik niks moest hebben van mensen die denken dat alles bij het oude kan blijven. Zoals SP’ers doen.

Maar ook niks moet hebben van liberalen die met hun economische modellen achter de kostenpost de mens niet meer zien.

Wat voor 1991 geldt, geldt ook voor 2013.

Juist in tijden van crisis heb je mensen nodig die niet wegkijken maar onverminderd zoeken naar wat kan. En ik geloof dat er veel meer kan dan al die mensen die zeggen: zo is het nu eenmaal.

Het onmogelijke waar maken.

De PvdA heeft dat in de afgelopen jaren in Amsterdam ook bewezen. We hebben dingen gedaan die veel mensen voor onmogelijk hielden. En dat is de essentie van politiek. Politiek is niet de kunst van het mogelijke, maar de kunst om mogelijk te maken wat onmogelijk leek.

Vijf jaar geleden gingen 9000 kinderen naar een zwakke school. Dat zijn negenduizend kinderen waarvan toekomstkansen worden afgepakt. Er werd gezegd ‘er zijn altijd slechte scholen geweest en sommige leerlingen krijg je nooit op een goed niveau. Dat accepteerden we niet en dus gingen we aan de slag.

Omdat het bikkelhard nodig was. Zoals Peter, een directeur van een school in Zuidoost zei ´Als in een ziekenhuis mensen er een puinhoop van maken gaan patiënten dood. In het onderwijs is de schade minder zichtbaar, maar even desastreus´. Het kost geen levens, maar wel levenslopen. Talent wordt verspild en loopbanen de grond in geboord. Ik heb dat gezien op de school van mijn kinderen. Toen mijn dochter erop zat ging het prima. Maar toen mijn zoon erop zat, ging de kwaliteit hollend achteruit. Mijn zoon heeft wat hij op school tekort kon thuis kunnen compenseren. Zijn klasgenootjes niet. Ashraf,  Tuna en Alonzo zullen misschien wel hun hele leven last houden van die slechte school.

Daarom weet ik heel goed wat het betekent dat er nu nog maar 1300 kinderen (2%) naar een zwakke school gaan. En daarom weet ik wat het betekent dat nu 21.000 leerlingen op 93 scholen beter onderwijs krijgen.

Zo’n omslag gaat niet vanzelf. We begonnen met de overtuiging dat het anders kon. De PvdA accepteerde niet langer de smoesjes van schoolbesturen die hun slechte prestaties weten aan hun ‘moeilijke leerlingen’. Lodewijk Asscher had maling aan juridische scherpslijpers die zeiden dat hij er niet over ging. Wij sociaal democraten hebben immers de overtuiging dat onze verantwoordelijkheid niet ophoudt, waar onze bevoegdheid eindigt.

Niet wegkijken. Erop af. Bondgenoten zoeken.

De PvdA is de enige echte onderwijspartij. Ons gaat het niet om een tekst op een poster, maar het resultaat in de praktijk. In een filmpje bepleitte D66 onlangs dat er op scholen meer Kiss and Ride plekken moesten komen. Ja ik verstond het eerst ook niet. Kiss and Ride plekken voor auto’s. Drop je kroost voor school en race weer verder. Tja. Weinig oponthoud is ook een prioriteit. Wij zoeken het liever in de kwaliteit van onderwijs.
Klaar voor de start

We hebben ruzie gezocht als het moest, maar een hand uitgestoken als het kon. Nu werken we er aan om de winst in het onderwijs vast te houden. We gaan zorgen dat alle scholen in Amsterdam goed blijven. En dat ook die laatste zwakke scholen een voldoende scoren. En dan van voldoende naar goed en van goed naar excellent

Zo gaan we de volgende stap maken

Ik vind het onacceptabel dat kinderen met een taalachterstand die nooit meer inlopen. Ik wil dat alle kinderen op 6 jarige leeftijd Klaar voor de Start zijn. Ik wil dat kinderen vanaf 2,5 jaar naar een groep gaan waar voorschool en kinderopvang in elkaar overlopen. Want kinderen leren het best Nederlands van kinderen die Nederlands spreken.

Top 600

Of wat dacht u van de Top 600? We accepteerden niet langer dat duizenden Amsterdammers slachtoffer werden van 600 draaideurcriminelen. In plaats van door te gaan met opsluiten en vrijlaten, opsluiten en vrijlaten, opsluiten en vrijlaten heeft onze burgemeester Eberhard van der Laan die criminelen niet meer losgelaten. Ze worden aangepakt en begeleid tot het beter gaat. En met succes. De criminaliteit is afgenomen en broertjes en zusjes worden in de gaten gehouden. Eén van die gasten heeft zelfs een advocaat in de arm genomen om van die lijst af te komen. Kijk dan doe je het goed. Toen ik onlangs een experiment startte met boetes tegen spijbelen stond de volgende dag in de krant: Leerlingen vrezen dat nieuwe spijbelbeleid werkt.

Niet wegkijken. Erop Af. Bondgenoten zoeken.

Financiën

Door de crisis zit ook de nieuwbouw in de slop, dat raakt ook het huishoudboekje van de gemeente. We hebben stevig ingegrepen om te voorkomen dat de crisis in de bouw een crisis van de stad wordt. Ik ben een strenge wethouder van financiën om een sociale wethouder van financiën te kunnen zijn.

Crisis

De economische crisis hakt er diep in, ook in Amsterdam. We hebben inmiddels 14.000 jongeren die op de reservebank zitten te verpieteren. Ze gaan niet naar school en ze hebben geen baan. Dat mogen we niet laten gebeuren. Werkloosheid is geen natuurverschijnsel. De jeugdwerkloosheid moet liefst naar nul maar in ieder geval gehalveerd. Dat is prioriteit nummer 1.

Als het aan mij ligt gaan jongeren onder de 27 of naar school of aan het werk. Van de bank naar de klas of van de bank naar een baan. Het is tijd voor een Amsterdams Akkoord. Bedrijven, scholen en de gemeente moeten de handen ineenslaan om jongeren aan de slag te helpen. Het uitbannen van de jeugdwerkloosheid is een Amsterdamse ere kwestie. Er mag geen verloren generatie ontstaan, want hun toekomst is de toekomst van Amsterdam.

Bondgenoten zoeken betekent ook alles op alles zetten om de economie van Amsterdam te versterken. Of dat nou is door meer internationale bedrijven te werven, een derde universiteit naar de stad te halen of door meer congressen naar de stad te lokken. Wie werkt aan werk, werkt voor Amsterdam.

Daarom vind ik het zo mooi om hier te staan in Brouwerij De Prael. Hier werken mensen die nergens aan de slag komen. Om kansen te bieden aan mensen aan de onderkant moeten we niet alleen kijken naar de sociale dienst. We hebben juist bedrijven nodig die beseffen dat als ze verdienen aan Amsterdam, ze ook iets mogen teruggeven aan Amsterdam. Sociale Firma’s als De Prael geven het goede voorbeeld.

Niet wegkijken, erop af, bondgenoten zoeken.

Wonen

Het vinden van een woning is voor veel Amsterdammers een nachtmerrie.

Mensen wachten minimaal 8 jaar op een sociale huurwoning. Gezinnen zitten opgesloten in te kleine huurwoningen omdat ze te rijk zijn voor een sociale huurwoning en te arm voor een koopwoning. En starters die op zoek zijn naar een eerste huis, moeten bedelen bij banken voor een hypotheek.

Minister Blok blokkeert elke doorstoom in onze stad. Door hem kunnen corporaties niet meer investeren en worden de huren steeds hoger. Zo blijft iedereen zitten waar die zit en verroert zich niet.

Zijn Amsterdamse partijgenoten willen het aantal sociale huurwoningen halveren. Ze gaan de schaarste bestrijden door het aanbod te verkleinen. Zo krijgen we een stad binnen de ring voor de Happy Few en enkeltje Purmerend voor alle andere Amsterdammers. De tweedeling van de stad wordt keihard en onomkeerbaar. Zo werkt de markt nu eenmaal, hoor je ze al zeggen.

Dat wil niet zeggen dat alles bij het oude moet blijven. Integendeel.

In sommige wijken van de stad, zijn bijna alle woningen sociale huur. Dat is  slecht omdat we juist geloven in een stad waar Amsterdammers door elkaar wonen, elkaar ontmoeten en elkaar verder helpen. We willen geen wijken die onbereikbaar zijn voor lage inkomens, maar ook geen wijken met alleen maar lage inkomens. We willen geen sociale huurwoningen in stand houden waar er een overschot is, maar ook geen sociale huurwoningen weghalen waar een tekort dreigt.

We willen doorstroming en daarvoor moet ook de koopmarkt worden opengebroken. Er is genoeg te koop in de stad maar niemand krijgt meer een lening. Als de Nederlandse Banken blijven vertikken te doen wat Duitse banken wel doen – namelijk normale huizen financieren voor normale mensen – pak ik morgen nog de trein naar Berlijn om een Amsterdams filiaal te regelen. Deze patstelling moet worden doorbroken. Linksom of rechtsom, via een Duitse Bank of een Amsterdams Hypotheekfonds.

Doorstroming komt er ook als meer huurwoningen komen met een huur tussen de 600 en 900 euro! En er staan ook nog duizenden vierkante meters kantoren leeg. Die kunnen we verbouwen. Of we maken er kluswoningen van waar Amsterdammers zelf aan de slag kunnen.

Niet wegkijken. Erop Af. Bondgenoten zoeken.

Zorg

Binnenkort moeten we Amsterdammers meer zorg geven, met minder geld. Voor je het weet moet Amsterdam keihard snijden in de steun voor kwetsbare Amsterdammers. Maar het biedt ook kansen om af te rekenen met een verknipte overheid waarbij voor elk probleem een aparte hulpverlener is. Een verknipte overheid waarin gekortwiekte professionals allemaal aan hun eigen kant van de knoop staan te trekken.

We hebben een overheid nodig die garandeert dat elke oudere die thuis wil blijven wonen, thuis kan blijven wonen. We hebben een overheid nodig die garandeert dat mensen die zorg nodig hebben, deze ook krijgen. Maar we hebben ook een overheid nodig die niet zorgt voor mensen, zonder mensen. We moeten mensen in staat stellen het heft in eigen handen te nemen.

Het wemelt in Amsterdam van de maatschappelijke initiatieven. Er zijn tienduizenden Amsterdammers die niet wegkijken, maar erop af gaan. En met bondgenoten aan de slag gaan. Ze verzorgen familie. Ze geven bijles. Ze coachen werkloze jongeren. Zij bewijzen dat Amsterdam een stad is van ongekende mogelijkheden.

Samenwerking

Het ontbreekt alleen aan optimale samenwerking tussen deze kracht van de samenleving en de activiteiten van de overheid. Wat we nodig hebben is een overheid die niet in de weg loopt, maar ook nooit ver weg is.

Als we de kracht van Amsterdammers willen mobiliseren, dan moeten we de overheid anders organiseren. De overheid moet zich niet terugtrekken, maar uitstrekken. De overheid moet niet de wijk nemen, maar de wijken ingaan.

Alleen wie samen met en dichtbij mensen opereert ziet het verband tussen schooluitval van kinderen en de schulden van de ouders. Alleen wie in de buurt opereert ziet het verband tussen overlast op straat en de problemen achter de voordeur. Door in een vroeg stadium de problemen in hun samenhang aan te pakken, kunnen we erger voorkomen en zijn we nog goedkoper uit ook.

Begrijp me goed, dit is geen alibi voor bezuinigingen. Het is geen impliciete oproep om de billen van je buren te wassen. Het is geen excuus om mensen aan hun lot over te laten.

Zelfs als het geld tegen de plinten op zou klotsen, zou ik nog de zorg willen omgooien, want ik wil dat mensen in staat worden gesteld om het lot in eigen hand te nemen. Een kwetsbaar kind heeft meer aan grootouders die een blijvende rol spelen dan aan hulpverleners die weer verdwijnen. Een kwetsbaar kind heeft meer aan ouders die in staat worden gesteld hun kind op te voeden, dan dat het moet schuilen in pleeggezinnen of instellingen ver weg van huis.
Niet wegkijken, erop af, bondgenoten zoeken.

Houding en Open Lijsttrekkersverkiezing

Wat PvdA’ers kenmerkt zijn niet alleen hun idealen. Het is ook een houding. Een mentaliteit. Een strijdbaarheid. Nooit genoegen nemen met ‘zo is het nu eenmaal’. Dat is waar ik in geloof.

Als we ergens in Nederland laten zien hoe het anders kan, dan is het wel in Amsterdam. En als er één partij is die daar zijn stempel op heeft gedrukt dan is het de PvdA. We hebben een belangrijke rol gespeeld in het vormen van de vrijgevochten, eigenzinnige en bruisende stad die Amsterdam nu is. Nu wil ik mij er voor inzetten om te zorgen dat Amsterdam voor iedereen een stad is van ongekende mogelijkheden.

Daarom ben ik blij dat de PvdA heeft gekozen voor een open lijsttrekkers verkiezing.

Zo wordt de PvdA weer een beweging. Een beweging van mensen die net als ik een hekel hebben aan de woorden: zo is het nu eenmaal.

Een beweging van Amsterdammers die geloven dat iedereen elke dag de kans heeft om de stad te verbeteren.

Een beweging van alle Amsterdammers die met mij geloven dat we samen kunnen zorgen dat Amsterdam sterk en sociaal blijft.

Daarom stel ik mij kandidaat voor het lijsttrekkerschap van de Partij van de Arbeid.

Daarom vraag ik u: doe met mij mee.

Kijk nooit weg, ga er op af en word mijn bondgenoot.

Ik dank u wel.

 

Ik ben kandidaat-lijsttrekker voor de PvdA Amsterdam